Hoe reizen in 20 jaar tijd veranderd is

Je merkt dat onze samenleving continu aan het veranderen is. Soms gaat dit snel, soms gaat het wat langzamer. Opvallend is dat de evolutie van onze leefwijze in een soort van acceleratie geraakt is. De stappen waarin dingen veranderen liggen dichter bij elkaar en zijn met regelmaat erg groot. Natuurlijk heeft de mensheid op zicht al een hoop belangrijke uitvindingen achter de rug die echte wereldveranderaars bleken te zijn. Denk hierbij natuurlijk aan de uitvinding van het wiel, de manier waarop we elektriciteit op kunnen wekken en kunnen verspreiden, de vele ziektes die we inmiddels kunnen genezen (of zelfs voorkomen) en zaken als leidingwater, telefonie en machines. De laatste grote stap is de manier waarop internet en andere technologieën ons leven gemakkelijker maken. Ook de verregaande mate van globalisering heeft veel invloed op hoe we nu leven. Wat niet iedereen zich direct realiseert is hoe snel onze manier van reizen en van reizen boeken in twintig jaar tijd drastisch veranderd is.

Waarom specifiek twintig jaar?

Ik gebruik specifiek het meest recente tijdvak van twintig jaar omdat in deze periode de grootste veranderingen plaatsgevonden hebben. Denk hierbij aan de opkomst van de zogenaamde low budget airlines, de snelle vaart die het internet gemaakt heeft, de introductie van de euro en de enorme snelheid waarmee de mobiele telefoon gemeengoed is geworden in de Westerse samenleving.

Prijsvechter

De eerste echte prijsvechter was EasyJet. Het bedrijf is opgericht in 1995 door de toen slechts 28-jarige Brits-Cypriotische ondernemer. In rap tempo heeft deze low budget maatschappij een plek in de markt weten te veroveren. Deze manier van zakendoen kreeg veel navolging. Een succesvol voorbeeld hiervan is natuurlijk Ryanair dat misschien wel hét schoolvoorbeeld is van hoe je vluchten uit kunt kleden en klanten kunt laten bijbetalen voor heel veel dingen. Uiteindelijk zie je dat deze nieuwe concurrentie voor andere tariefstellingen heeft gezorgd en korte reizen met het vliegtuig beduidend goedkoper geworden zijn.

Vliegen

Misschien wel de grootste ontwikkeling op het gebied van vliegen is dat je zelf zeer gemakkelijk je vliegtickets online kunt zoeken en boeken. Hoewel sommige mensen soms gek worden van de dynamische prijzen, is het internet wel een belangrijke motor achter de groei die de luchtvaart de afgelopen twee decennia heeft mee mogen maken. Passagiersaantallen blijven maar record op record stapelen en de bezettingsgraad van de toestellen wordt steeds hoger. Wat helemaal geweldig is, is dat je bij wijze van spreke een uur voor vertrek nog online een ticket kunt boeken, met een digitale boardingpass op je mobile telefoon door de security kunt gaan en aan boord kunt gaan. Dan is de voorwaarde wel dat je met alleen maar handbagage reist. Maar een paar uur vooraf boeken en met bagage reizen is ook prima te doen als je dat wilt.

Dan het stukje voorbereiding van de reis. Je kunt vooraf je stoel al uitzoeken in een vliegtuig (wel steeds vaker tegen betaling) en je kunt betere stoelen kopen als je dat wilt. Denk hierbij aan meer beenruimte, plekken voorin het vliegtuig of plekken aan het raam. Alles is tegenwoordig te koop. Je weet op die manier ook zeker dat je bij elkaar zit.

Aan boord is er ook veel veranderd. Twintig jaar geleden bestond het entertainment aan boord uit de veiligheidsinstructie en op intercontinentale vluchten één of twee films op vaste schermen die om de paar rijen gemonteerd waren. Tussentijds kon je vaak de vlucht volgen op een kaart. Nadat personal entertainment in de business class geïntroduceerd werd, wist deze toepassing al vrij snel de weg naar de laagste vliegklasse te bereiken. Tegenwoordig kun je zelfs in de meest beroerde stoelen wel kiezen uit tientallen films en series. In sommige vliegtuigen heb je zelfs Wi-Fi.

Kun je je trouwens voorstellen dat je twintig jaar geleden aan boord van veel vliegtuigen nog mocht roken? Het achterste deel van de cabine was daarvoor ingericht. Het leek daar vaak meer op een rokershol dan op een vliegtuig.

Het reisbureau

Vroeger moest je voor veel zaken fysiek naar het reisbureau. Als je een vakantie wilde boeken ging je papieren reisbrochures halen. Ik wil niet weten hoeveel bomen aan papier dat gedurende al die jaren gekost heeft. Als je een reis uitgekozen had dan ging je terug naar het reisbureau en kijken wat het uiteindelijk zou kosten, want de prijsbijlagen waren niet altijd even duidelijk. Als je dan een boeking wilde maken moest men eerst in de computer kijken of deze nog beschikbaar was. Regelmatig moest een reis eerst in aanvraag gezet worden, meestal omdat de accommodatie via fax, telefoon of telex moest laten weten of er plek was. Een vakantie boeken kostte je vaak een halve dag, als je dat al redde. En dan moest je het al niet al te ingewikkeld maken.

Zelfs voor een los vliegticket moest je de gang naar het reisbureau maken. Dan was je al een uur verder voor je wist of er vliegtickets waren die je wilde hebben en dan was het nog afvragen wat het kostte. In 1996 betaalde je voor een retour met KLM naar Barcelona doordeweeks gerust 1500 gulden (bijna zevenhonderd euro) als je maar twee nachten in Barcelona wilde blijven. De prijs voor bagage en een maaltijd waren wel inbegrepen! De hierboven genoemde prijsvechters maakten een einde aan een deel van dit soort maffiaprijzen.

Tegenwoordig kun je pakketreizen, rondreizen, cruises en alle andere soort reizen online zoeken en boeken. De ontwikkeling van het internet heeft heel veel mogelijk gemaakt. Soms is er nog steeds sprake van maatwerk dat niet 1, 2, 3 online geregeld kan worden. Maar ook die verzoeken kunnen vaak wel via e-mail afgehandeld worden.

Een accommodatie zoeken

Kun je je voorstellen dat je twintig jaar geleden een dikke zaterdageditie (ja, een gedrukte versie) van een landelijk dagblad kocht en vervolgens tussen de advertenties op zoek ging naar accommodaties. Kun je je voorstellen dat je op basis van ‘Aangeb. op 200 m van strand: 6-pers. huisje m. douche en keuken in Domburg. V.a. 435 gld. p.week. Tel. 01234-56789’ een weekje Zeeland boekte. Geen foto’s, geen reviews, geen uitgebreide omschrijving en toch had je vaak een prima vakantie. Een andere goede bron was het ‘gratis’ maandblad Kampioen van de ANWB. Dat blad bestaat nog steeds, maar is tegenwoordig niet meer zo belangrijk voor het uitzoeken van een accommodatie.

Een andere opties was, ja daar komt ie weer: het reisbureau. Zij hadden soms wel keuze uit meer dan tien verschillende hotels in een stad waar honderden accommodaties gevestigd waren. Op basis van één foto (vaak erg klein en in slechte kwaliteit) en vier regels tekst maakte je dan je keuzen.

Tegenwoordig heb je booking.com en tientallen andere sites om hotels te boeken. Je krijgt uitgebreide informatie informatie en veel foto’s, zodat je een weloverwogen keuze kunt maken. De ervaringen van andere klanten kunnen je over de streep trekken, of juist niet. Er zijn zelfs metahotelsites zoals Trivago waar je de prijzen van tientallen hotelsites met elkaar kunt vergelijken. Hoe gemakkelijk wil je het hebben? En wil je nog meer ervaringen van anderen lezen dan kun je naar Tripadvisor of Zoover gaan.

Wat voor weer is het dan?

Moet je je voorstellen. Je boekt een reis naar Phuket en het blijkt dat je daar midden in het regenseizoen zit. Warm is het nog steeds, maar de zee is ruw aan de westkust, duiken is eigenlijk niet mogelijk en je moet regelmatig schuilen voor een fikse regenbui. Vroeger kon dat heel gemakkelijk gebeuren. De klimaatinformatie over vakantiebestemmingen was zeer summier. Tot het jaar 2008 toen www.klimaatinfo.nl gelanceerd werd. Inmiddels is deze website en veel gebruikte tool voor mensen die een indicatie willen hebben van het weer in bepaalde periodes voor hun gekozen bestemming. Het reisbureau geeft tegenwoordig vaak printjes van deze site mee aan hun klanten.

Geld

Kun je je voorstellen dat je vroeger voor een autovakantie naar Spanje drie enveloppen meenam met vreemde valuta? Vooraf schatte je in hoeveel Belgische francs, Franse francs en Spaanse pesetas je nodig zou kunnen hebben. Je bestelde dan die vreemde valuta bij de bank, die daar flink aan verdiende door koersopslag en commissie. In ieder land moest je omrekenen en als je meer geld nodig had dan gebruikte je Eurocheques of Traveller Cheques om ter plaatse extra geld op te nemen. Hield je aan het einde van de vakantie geld over, dan had je twee opties: bewaren voor een volgende vakantie of terug inleveren bij de bank. Wederom verloor je dan flink geld door de wisselkoers en commissie. Kleingeld wilden ze vaak niet eens hebben.

Tegenwoordig hebben we de euro, waarmee je in een groot deel van Europa kunt betalen. Geen geld wisselen, geen omrekenen, geen koersverlies en misschien nog wel het aangenaamste: je kunt vrijwel overal ter wereld geld opnemen uit geldautomaten. Dat kon twintig jaar geleden ook al, maar toen betaalde je ook bij geldopnames in Europa toeslagen en had je wisselkoersverlies.

Telefoon en informatie

Twintig jaar geleden was de computer amper gemeengoed in de huishoudens. De mobiele telefoon was vooral iets voor zakenmensen en de zogenaamde ‘early adopters’. Tegenwoordig heeft bijna iedereen een mobiele telefoon en niet zomaar eentje… nee, het zijn zogenaamde slimme telefoons: smartphones. Dat betekent ten eerste al dat je vrijwel overal kunt bellen. Vanaf het strand op Aruba bel je zo rechtstreeks naar je familie in Nederland of naar je broer die op dat moment door Vietnam aan het reizen is. Vroeger ging je gewapend met veel kleingeld of een creditcard naar een openbare telefoon of een postkantoor. Van daaruit kon je via een vaak slechte verbinding naar huis bellen. Was er niemand thuis dan moest je het later nogmaals proberen of iets inspreken op het antwoordapparaat.

Tegenwoordig kun je niet alleen op ieder gewenst moment naar vrijwel de hele wereld bellen. Je mobiele telefoon is ook een soort van alles-in-één-zakcomputer geworden. Hij wijst je de weg, vertaalt teksten voor je, geeft je info over alles wat je onderweg wilt weten en wordt gebruikt als fotocamera en videocamera. Je kunt al je ervaringen razendsnel delen met wie dan ook ter wereld zolang als er maar een internetverbinding is. Twintig jaar geleden was je al blij als er een internetcafé was zodat je via Hotmail e-mails kon sturen en ontvangen. Het aantal mensen dat je kende dat ook e-mail had was op één hand te tellen, tenzij je bijvoorbeeld Adam Curry heette. Gmail bestond nog niet. Zelfs de zoekmachine google stond nog in de kinderschoenen. In 1998 werd het tegenwoordig als antiek beschouwde startpagina.nl opgericht. Die bestond nog uit één hoofdpagina zonder achterliggende dochterpagina’s. De grote zoekmachines waren Ilse, Altavista en Yahoo. ‘Wie?’ zul je nu waarschijnlijk vragen.

Vooraf kaartjes regelen

Informatie over je reisbestemming vond je vooral in papieren reisgidsen. Handige bestemmingssites zoals cubavoorbeginners.nl, steden.net en mooistedorpjes.nl bestonden nog niet. Wilde je musea of andere bezienswaardigheden bezoeken dan keek je ter plaatse wel wat er was of je had aantekeningen gemaakt naar aanleiding van een reisgids. Handige lijstjes met de top 10 bezienswaardigheden per bestemming had je toen nog niet. Als je geluk had dan draaide het reisbureau wat bestemmingsinformatie uit van de Toeristiek boeken die ze hadden staan. Platte tekst met zeer basic info, daar moest je het mee doen.

Tegenwoordig kun je niet alleen zien wat er allemaal te zien en te doen is op een vakantiebestemming. Je kunt ook eenvoudig alvast je entreekaartjes via internet regelen. Sterker nog: dit is bijna een must geworden. Bij populaire bezienswaardigheden zoals Sagrada Familia in Barcelona, het Colosseum in Rome of de Eiffeltoren in Parijs kun je anders wachttijden hebben die oplopen tot vele uren. Steeds meer bezienswaardigheden kun je zonder een reservering vooraf zelfs helemaal niet bezoeken vanwege limieten in het aantal bezoekers. Denk hierbij aan Het Laatste Avondmaal in Milaan dat gemaakt is door Leonardo da Vinci of het Ghibli Museum in Tokyo.

Vooraf reserveren is iets doodgewoons geworden. Vroeger was het aansluiten in de rij en maar kijken hoe laat je binnen was. Daar moet wel de opmerking bij geplaatst worden is dat het tegenwoordig op veel plaatsen een heel stuk drukker is dan pakweg 20 jaar geleden.

Navigeren

Zouden ze ooit weleens uitgezocht hebben hoeveel huwelijken er gestrand zijn door navigatiestress? Manlief achter het stuur en de vrouw die met een wegenkaart op schoot de weg wees? Dat ging gegarandeerd wel een keer mis waarna de spreekwoordelijke vlam in de pan schoot in de auto die vaak krap, overbeladen en heet was. Airconditioning zat alleen nog maar in de meest luxe auto’s, de gemiddelde Volkswagen Golf was kleiner van binnen dan een Volkswagen Polo van tegenwoordig en veel dingen waren groter dan tegenwoordig. Boeken meezeulen in plaats van een e-reader of tablet, reistassen- en koffers waren veel minder efficiënt en natuurlijk moesten er boodschappen uit Nederland meegenomen worden. Enfin, even terugkerend naar het navigeren. Dat was vroeger één van de meest stressvolle factoren van een autovakantie. Onduidelijke borden, gewijzigde wegen, lastig te lezen kaarten en het drukke verkeer onderweg maakte van een autovakantie een helse expeditie. Je wist nooit vooraf waar de files waren. Voor de zekerheid werd er daarom vooral midden in de nacht vertrokken als je over een lastig knooppunt als Parijs moest rijden.

Tegenwoordig heeft iedereen duidelijke navigatie, of het nou ingebouwd is in de auto, op een mobiele Tom-Tom (dat merk bestond twintig jaar geleden niet) of gewoon via een kaarten- of navigatie-app op de telefoon. Een vriendelijke dame of heer vertelt je duidelijk hoe je moet rijden, waar er afgeslagen moet worden en als er een file staat. Op een kaartje kun je zelf meekijken waar je bent en hoe je moet rijden. En mocht het een keer mis gaan omdat je een afslag mist? De machine berekent dan vanzelf een nieuwe route. Deze uitvinding heeft al heel wat huwelijken gered.

De selfie-generatie

Twintig jaar geleden stond de digitale camera nog in de kinderschoenen. Ik had zelf een Sony Mavica waar nog floppy’s in gingen waar een paar foto’s op konden. Op vakantie werd er vooral nog gebruikgemaakt van ouderwetse fototoestellen die werkten op basis van fotorolletjes. Je schoot op een vakantie pakweg 24 tot 72 foto’s en dat was het. Bij het ontwikkelen was het altijd spannend: zijn alle foto’s gelukt? Er werd nog naar kunst en bezienswaardigheden gekeken. Als het echt bijzonder was dan maakte je daar één foto van, soms een tweede.

Nu gaat bijna alles digitaal. Gewapend met een digitale camera en/of mobiele telefoon worden er per reis vaak honderden foto’s gemaakt. Soms van bijzondere plekjes of mooie objecten, maar heel vaak van jezelf. Met de komst van de mogelijkheid om jezelf goed te fotograferen is de zogenaamde selfie-generatie opgestaan. Jongeren, maar ook ouderen, maken complete fotoreportages van zichzelf en delen die vaak met de hele wereld via social media. Dan loop je bijvoorbeeld het Louvre binnen in de zaal waar de Mona Lisa hangt en dan staat de helft van het publiek met zijn/haar rug naar het kunstwerk toe. Doel is om te laten zien dat jij bij de Mona Lisa staat.

Vooruitgang

Ieder voordeel heeft zijn nadeel. Zo ook de vooruitgang waar je als reiziger mee te maken krijgt. De vele selfies is naar mijn mening een nadeel dat bij het ‘nieuwe fotograferen hoort’. Het feit dat je een reisbureau over kunt slaan is volgens mij een enorme winst, zowel in tijd als in mogelijkheden. Kostentechnisch maakt dat weinig uit, want nu betaal je steeds vaker boekingskosten bij de boekingssites. De romantiek is ook een beetje verdwenen naarmate efficiëntie door innovaties steeds meer toe begon te nemen. De een zal zeggen ‘vroeger was alles beter’ terwijl de ander nieuwe technologie omarmt. Feit is dat reizen in twintig jaar tijd een enorme revolutie doorgemaakt heeft. Ik vraag me af of we in de toekomst een keer een soortgelijke transitie binnen eenzelfde termijn mee zullen gaan maken. Ik denk het niet.

Soortgelijke berichten

Geen gerelateerde berichten gevonden