Een site waar ik geregeld voor schrijf is www.mooistedorpjes.nl. Hierop beschrijven we de mooiste dorpen in Nederland, maar ook in andere landen zoals Frankrijk, België, Spanje. Daarnaast hebben exotische bestemmingen zoals Kaapverdië, Curaçao en Mauritius ook een plekje gekregen op deze site. Als redacteur van deze site ontvang ik geregeld e-mail. Behalve de vele ongewenste aanbiedingen die in mijn mailbox belanden, zijn het vooral e-mails waarbij de verzender ons erop wil wijzen dat plaats X een stad is en geen dorp. Hun plaats hoort daarom volgens hen helemaal niet op www.mooistedorpjes.nl thuis. Dat ben ik niet helemaal niet met ze eens. Ik zal uitleggen waarom.
Een kleine duizend jaar geleden kreeg men in Europa te maken met het fenomeen ‘stadsrechten’. Een nederzetting die van een landsheer stadsrechten kreeg had een aantal privileges ten opzichte van plaatsen zonder stadsrechten. Zo kon het bestuur belastingen heffen, er was sprake van lokale wetgeving en rechtspraak, er mochten stadsmuren om de stad gebouwd worden, er mochten markten gehouden worden, een stad mocht tol heffen en een stad had waagrecht. In de middeleeuwen was het dus eigenlijk zo dat het een wezenlijk verschil uitmaakte of een plaats een stad was of niet. Een dorp stelde eigenlijk maar weinig voor. Het systeem van stadsrechten heeft het erg lang volgehouden: pas halverwege de negentiende eeuw werd het verschil tussen steden en dorpen opgeheven. Bij het invoeren van de Gemeentewet in 1851 kwamen de privileges van steden voorgoed te vervallen. In die tijd had een gemiddelde stad een paar duizend tot pakweg twintigduizend inwoners. Enkele steden waren al wel aanzienlijk groter, zoals bijvoorbeeld Utrecht, Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. Deze steden zijn ook tegenwoordig nog de grootste steden van Nederland.
Op het moment dat het officiële verschil tussen een stad en een dorp verdween, kwam net de industriële revolutie op gang in Nederland. Ons land was daarmee binnen West-Europa aan de late kant. Veel plaatsen kregen toen hun groeispurt. Een deel van de voormalige plaatsen met stadsrechten groeide gestaag door, terwijl andere plaatsen nog maar amper groeiden. Sommige voormalige steden namen zelfs wat in inwoneraantal af omdat de mensen vanwege de beter kansen op werk naar andere steden trokken. De rol van plaatsen met voormalige stadsrechten werd vaak veel marginaler. Terwijl sommige vroegere steden na verloop van tijd genoegen moesten nemen met een minder belangrijke positie binnen hun regio, daar groeiden andere plaatsen uit tot steden van formaat.
Wat is nou een dorp en wat is tegenwoordig nog een stad? De Nederlandse wet biedt sinds 1851 daar geen antwoord op en zelfs encyclopedieën weten daar geen duidelijk antwoord op te geven. Dat stadsrechten niet meer als criterium mag gelden, mag door bovenstaande inleiding duidelijk zijn. Wie het ooit verkregen hebben van stadsrechten wel als argument gebruikt die heeft nooit ver buiten de stadsgrenzen gekeken. Als dat immers als enige criterium gebruikt mag worden dan zijn metropolen zoals New York City, Bangkok, Tokyo, Moskou, Rio de Janeiro, Shanghai, Toronto, Istanbul en Delhi geen steden. Nederlandse dorpen zoals Aardenburg (minder dan 3000 inwoners) en Asperen (minder dan 4000 inwoners) dus kennelijk wel, omdat die plaatsen ooit stadsrechten gehad hebben. Het wordt nog grappiger als ik naar mijn eigen woonplaats Roosendaal kijk. Met ruim 75 duizend inwoners wordt deze plaats in gemoedelijk West-Brabant door vele toch echt als een stad gezien. Ik zou zelfs daar nog wel een discussie over aan durven gaan, maar dat heeft meer met persoonlijke gevoelens te maken. In 1809 kreeg Roosendaal eindelijk stadsrechten. Die werden in 1815 echter weer ingetrokken bij de totstandkoming van het Koninkrijk der Nederlanden. Op het moment dat de Gemeentewet van 1851 van kracht werd, was Roosendaal dus alweer 36 jaar lang een dorp. Het hemelsbreed 15 kilometer gelegen plaatsje Klundert had op dat moment nog wel stadsrechten. Volgens de azijnpissers die ‘stadsrechten’ als criterium gebruiken is het nog geen zesduizend zielen tellende Klundert dus een stad en Roosendaal niet.
Omdat ik bijna aan mijn eigen beoordelingsvermogen ging twijfelen heb ik aan een paar mensen die ik ken in Zegge, Stampersgat en Oud Gastel gevraagd welke plaats zouden bedoelen als ze het hebben over ‘naar de stad gaan’. De meesten antwoorden ‘Roosendaal’, een enkeling ‘Breda’ en niemand noemde Klundert. Toen ik hen vertelde dat op basis van stadsrechten Bergen op Zoom, Klundert, Steenbergen en Zevenbergen de dichtstbijgelegen steden zijn begonnen ze stuk voor stuk hard te lachen. Klundert een stad? Hoe verzin je het? Dit sterkt natuurlijk mijn mening over het hele stad of dorp vraagstuk.
Behalve de stadsrechten worden er andere redenen genoemd waarom een plaats een stad is en dus niet op www.mooistedorpjes.nl thuishoort. Regelmatig hoor ik dat een plaats een centrum heeft en/of een stadhuis. Je kunt iets noemen wat je wilt, dat betekent nog niet dat je daar rechten aan kunt ontlenen. Een mooie jonge vrouw verandert uiteindelijk ook in een oude vrouw die niet meer aan alle schoonheidsidealen voldoet. Dan kun je haar nog wel een mooie jonge vrouw noemen, maar geloofwaardig is het dan niet meer echt. Je kunt een dorpskern dus wel een centrum noemen, dat maakt van een plaats nog niet automatisch een stad. Hetzelfde geldt voor een stadhuis of stadskantoor. Het is een naam zonder een onderbouwde betekenis. Het is vaak de trots van de inwoners dat men de naam nooit veranderd heeft in gemeentehuis of dorpshuis.
Op het moment dat ik op wikipedia kijk om te zien wat de hedendaagse definitie is voor een stad, word ik niet veel wijzer. “In Nederland wordt bij plaatsen zonder historische stadsrechten vanaf een inwoneraantal van ongeveer 50.000 door sommigen gesproken van een stad, overigens zonder dat dit een algemeen aanvaard gebruik is. “. Nou hanteren wij voor Nederlandse plaatsen vaak een grens die ergens tussen de 15 en 40 duizend inwoners ligt. Zoals wikipedia ook aangeeft is dat de omgeving waar een plaats ligt ook mede bepalend voor wat een stad is. Zijn vrijwel alle nodige voorzieningen aanwezig in een plaats en is er amper tot geen noodzaak om daarvoor naar een andere plaats te gaan, dan spreek je eerder van een stad dan wanneer het een plaats betreft die als het ware incompleet is. Zo kan het zijn dat Kralendijk op Bonaire, waar net iets meer dan twaalfduizend inwoners leven, wel als stad gezien wordt. Het is immers de grootste plaats van het eiland, de gouverneur regeert er, er is een gevangenis en Kralendijk heeft een eigen internationaal vliegveld. Het is tevens het commerciële, economische en culturele hart van het eiland.
Ik kan hier nog uren uitweiden waarom ik vind dat plaatsen zoals Oudewater, Brielle en Heusden in de tegenwoordige tijd naar mijn mening dorpen in plaats van steden zijn. Ik kan tientallen punten opnoemen om mijn mening te ondersteunen. Maar waarom zou ik? Waarom zou ik meegaan in een discussie die gebaseerd is op niet vastlegde feiten? Waarom vinden jullie het als (ex-)bewoners van een dorp zo belangrijk dat het betreffende dorp een stad genoemd wordt? Maakt dat jullie belangrijker? Maakt dat jullie dorp belangrijker? Geeft het jullie leven meer inhoud als je in een stad woont dan in een dorp? Geniet ervan dat je in een plaats woont die vermeld wordt op een website met de mooiste dorpen ter wereld. Het zal er ongetwijfeld heerlijk wonen zijn. Daar gaat het toch uiteindelijk allemaal om?